Afrikaanse wilde hond
De Afrikaanse wilde hond is een grote, gevlekte hond met een lang, slank lichaam en lange poten, grote afgeronde oren en een lange, volle staart. De kop is vrij kort en breed, met krachtige kaken. Hij heeft een donkerbruine tot zwarte vacht met onregelmatige roomkleurige, witte en geelbruine vlekken. Het vlekkenpatroon en de kleur van de vlekken verschilt zeer per individu, maar onder verwante dieren en dieren uit dezelfde regio zijn gelijkenissen te vinden. De staartpunt is bijna altijd wit, en de snuit meestal zwart. Jonge dieren zijn meer zwart van kleur met verspreid enkele witte vlekken, voornamelijk op de poten.
De Afrikaanse wilde hond heeft een sterke, herkenbare geur. De gemiddelde Afrikaanse wilde hond heeft een kop-romplengte van 76 tot 112 cm, een staartlengte van 30 tot 41 cm en weegt zo'n 15 tot 36 kg.De Afrikaanse wilde hond leeft in savannes, licht beboste streken, steppen en graslanden, zowel in laagland als in bergen. Hij kwam oorspronkelijk algemeen voor in een groot deel van Afrika ten zuiden van de Sahara, in alle gebieden met voldoende prooidieren. Hij ontbrak enkel in de dichte bossen in West- en Centraal-Afrika. Door toedoen van de mens is zijn leefgebied echter versnipperd geraakt. Deze versnippering is een grote bedreiging voor deze diersoort, die namelijk veel ruimte nodig heeft.