komodovaraan

De komodovaraan is een van de bekendste hagedissen vanwege de aanzienlijke lengte; tot wel 3 meter lang, het is dan ook de grootste hagedis ter wereld. De varaan is dankzij de publieke belangstelling populair in dierentuinen en duikt op in documentaires door zijn afwijkende levenswijze ten opzichte van andere hagedissen. De komodovaraan is door het kleine verspreidingsgebied een erg kwetsbare diersoort en is daardoor van bescherming afhankelijk.

De komodovaraan eet naast levende prooien ook wel aas en veel van de kadavers die gegeten worden zijn indirect door de varaan gedood. De komodovaraan wordt daarom beschouwd als een carnivoor en een alfapredator die aan de top staat van het ecosysteem. Vrijwel alle hagedissen worden door verschillende dieren gegeten maar de komodovaraan heeft, eenmaal volwassen, geen natuurlijke vijanden.[2]

De komodovaraan komt voor in het zuidoostelijke deel van Indonesië en leeft onder andere op het eiland Komodo maar ook in enkele reservaten op het grotere eiland Flores en enkele kleinere omliggende eilanden. De varaan is pas in 1910 door biologen ontdekt en beschreven, er is veel onderzoek gedaan naar de komodovaraan en vooral in het Nationaal Park Komodo. Daardoor is er veel bekend over de biologie, de levenswijze en de voortplanting van de hagedis. Regelmatig worden nieuwe ontdekkingen gedaan, zo bleek pas in 2009 dat de komodovaraan goed ontwikkelde gifklieren bezit, die een complex gif produceren. Lange tijd werd gedacht dat de giftige beet te danken was aan de bacteriën in de bek.[3]